Redders geëerd na hulp
bij ongeval
Toespraak van
burgemeester Johanneke Liemburg bij het uitreiken van de bronzen medailles
met getuigschriften van de Maatschappij tot Redding van Drenkelingen aan
Wouter Hylkema en Tjalling Rodenhuis, In een gemeente als die
van ons ontgaat je weinig. Zo wist ik dat er in het kleine maar echte
wintertje van 2009, op Maar in het gesprek dat ik vervolgens met Ben Barkema had, wierp
hij een ander licht op de zaak. Hij maakte mij duidelijk, dat het ook voor
zijn redders een hele traumatische gebeurtenis moet zijn geweest. Natuurlijk had
hij hen bedankt, maar dat was niet voldoende.
Hij vertelde hoe moeilijk het voor zijn redders geweest moet zijn, om
hem in die donkere winternacht te vinden, nadat ze door zijn vrouw
gewaarschuwd waren. Barkema was op werkbezoek geweest bij Hylkema en
Rodenhuis en was door de gladheid van de weg geraakt. De auto kantelde, sloeg
over de kop op het ijs en schoot daarna met de voorkant onder het ijs het
water in. Het lukte hem nog net uit de gordel te komen en rechtop te gaan
zitten, terwijl het ijswater tot aan zijn schouders steeg. In die toestand
wist hij telefonisch zijn vrouw te bereiken. Zij heeft Hylkema en Rodenhuis
gewaarschuwd. Beide mannen gingen meteen op weg, de koude donkere nacht in.
Dat is iets anders dan even ontspannen een eindje om gaan. Toen zij de auto
vonden en in het water stapten, konden zij het portier niet open
krijgen. Gelukkig was er een
voorbijganger met een life-hammer, die door Wouter Hylkema van de wal werd
gehaald. Hij vernielde het raam in het autoportier, maar Barkema verkeerde
toen al in een fase, dat het hem allemaal weinig meer kon schelen. Hij wilde
er niet meer uit en gaf niet mee. Hij kwam pas weer enigszins bij zinnen,
toen Hylkema hem stevig toesprak, in het Fries. Er is op dit moment in
Friesland een discussie gaande over het taalgebruik bij rampen. Dit voorbeeld
bewijst, dat in geval van echte nood de taal er niet meer toe doet, de
boodschap komt wel over. Rodenhuis heeft Barkema vervolgens gedwongen de
tachtig meter af te leggen naar de dichtstbijzijnde boerderij, die van Bonne
Hylkema, de vader van Wouter. Ik hoef natuurlijk niet uit te leggen, dat niet
alleen het slachtoffer, maar ook zijn redders helemaal doorweekt en ijs- en
ijskoud waren geworden. Op de boerderij van Debbie en Bonne Hylkema die
meteen de ernst van de situatie inzagen, is Barkema onder de douche gezet
zodat hij kon ontdooien, met behulp van het intussen gearriveerde
ambulancepersoneel. Wouter Hylkema en Tjalling Rodenhuis staan vanochtend in het
middelpunt van de belangstelling, maar er waren die avond meer mensen die
meteen wisten wat ze moesten doen. Bonne Hylkema en zijn partner Debbie heb
ik al genoemd. Verder heeft de brandweerman die Barkema onderweg naar de
boerderij van Hylkema vroeg of er nog meer mensen in de auto zaten, op hem diepe
indruk gemaakt. Wij denken, dat dat Peter de Bruin van het brandweercorps
Mantgum is geweest, maar de Bruin, die hier vanochtend helaas niet kan zijn,
heeft ons verteld dat hij de vraag pas stelde, toen Barkema al onder de douche stond. Politieman Jan Haitsma die onderweg was
naar een nachtdienst in Oosterwolde, was na de redders als eerste ter plaatse
om te constateren dat er een knap staaltje werk was verricht. De nazorg van
Haitsma heeft Barkema geholpen om alles te verwerken. De hulpdiensten, politie, ambulance en brandweer, hebben zich op
die avond van de 12e januari van hun beste kant laten zien, dat is
gelukkig de kant die wij van hen gewend zijn te zien. Maar zonder het kordate optreden van Wouter Hylkema en Tjalling
Rodenhuis waren ze misschien te laat geweest. Ben Barkema heeft ons er met
zijn verhaal van overtuigd, dat het niet alleen op zijn weg lag om deze
mensen te bedanken, maar ook die van de samenleving. De gemeente heeft voor
dergelijke mensen geen medailles, maar de Maatschappij tot Redding van
Drenkelingen – opgericht in 1767 ! – gelukkig wel. Het bestuur van de
Maatschappij heeft besloten twee bronzen medailles met getuigschriften toe te
kennen aan deze beide mannen en ik heb de eer deze vanmorgen te mogen
uitreiken. |